DOORN / ZEEWOLDE - Hare Majesteit Koningin Máxima bezocht woensdagmiddag 15 juli het Veteraneninstituut in Doorn. Het bezoek stond in het teken van de erkenning en waardering van en de zorg voor Nederlandse veteranen. Een van de veteranen met wie de Koningin kennismaakte was oud-Zeewoldenaar Jos Gelissen.
Veteranen zijn alle (oud)-militairen van de Nederlandse krijgsmacht, het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL) en het vaarplichtig koopvaardijpersoneel uit de Tweede Wereldoorlog, die het Koninkrijk dienen of gediend hebben in oorlogsomstandigheden of tijdens vredesmissies. Het Veteraneninstituut maakt veteranen zichtbaar in de maatschappij en biedt hun een platform om hun ervaringen op missie, maar ook terug in Nederland, te delen. Het instituut speelt een verbindende rol tussen de veteranen onderling, maar vormt ook de schakel naar het thuisfront, de dienstverleners en de samenleving. Daarnaast bevordert het Veteraneninstituut onderzoek naar veteranenzaken, zoals erkenning en waardering voor veteranen. Samen met andere organisaties die de belangen van veteranen behartigen is het Veteraneninstituut gehuisvest in het gebouw van Stichting De Basis. Het Veteraneninstituut werd in 2000 geopend in aanwezigheid van prins Bernhard. In 2013 opende prinses Beatrix er het gebouw De Basis.
Oud-Zeewoldenaar Jos Gelissen (64) mocht woensdagmiddag een van zijn schilderijen aan koningin Máxima presenteren. Gelissen is tegenwoordig kunstenaar en verbonden aan de Stichting Veteranen Kunst. In 1995 kreeg hij ongewild landelijke bekendheid, toen hij in mei van dat jaar 24 dagen gegijzeld werd door Bosnisch-Serviërs. Vastgebonden aan een vlaggenmast diende de destijds in Zeewolde woonachtige majoor als ‘menselijk schild’ in de stad Pale. Enkele maanden later viel elders in het voormalige Joegoslavië de enclave Srebrenica. Gelissen liep als gevolg van zijn missie een posttraumatische stressstoornis (ptss) op. Op het schilderij dat hij aan de Koningin presenteerde wilde hij iets van zijn onmacht laten zien hoe om te gaan met zijn stoornis.