ZEEWOLDE - Wat deed u gedurende de oorlogsjaren ’40-‘45? Kunt u zich de bevrijding nog herinneren? Deel 7: Emmy Roestenburg (89).
Diepe kuil
Als Emmy terugdenkt aan de oorlog, komt de tijd in de Jappenkampen weer boven. De herinneringen zijn voor haar te heftig om hier kort weer te geven. Ze zou er een boek over kunnen schrijven… Het moment bijvoorbeeld dat ze hoorde dat de oorlog voorbij was, zal haar altijd bij blijven. “Aanvankelijk zaten we in het Jappenkamp Poeloe Brayan en werden later gedeporteerd naar het Jappenkamp Aek Pamienke. Daar werden we de verdere oorlogsjaren gevangen gehouden. Eind augustus 1945 werd er omgeroepen dat de oorlog voorbij was, maar dat geloofden we niet.” Toen Emmy en de andere mensen uit het kamp hoorden dat ze naar het kantoor van ‘de Jap’ op het plein moesten komen, gingen zij er toch maar schoorvoetend naartoe. “Daar zagen we de vlag van de Jap niet meer wapperen. Bij de vlaggenstok stond ons kamphoofd, mevrouw Heimans. We moesten allemaal om haar heen staan en er werd gewacht tot iedereen er was. De rood-wit-blauwe vlag werd gehesen. Het werd stil en toen opeens zongen we het Wilhelmus, keer op keer. We huilden en omhelsden elkaar. We waren uit ons doen en dansten in het rond.” Hierna werd er voorgelezen dat de keizer van Japan capituleerde door de twee atoombommen die waren gevallen op Hiroshima en Nagasaki. Voor Emmy en de andere kampbewoners kwam het allemaal precies op tijd. “Want we moesten net een hele grote en diepe kuil graven. Er werd gezongen ‘de atoomboom is het summum van de kracht’. Hoera! ‘Vrede’, dachten we. Toch bleven we in het kamp. Waar moesten we anders heen? En hoe? De angst kwam weer terug. Tot de geallieerden kwamen, dat gaf weer moed. Alle mensen moesten vervoerd worden naar de plaats waar zij vandaan kwamen. Wij, ons moeder en zeven kinderen, waar ik de oudste van was, moesten naar Medan. Vrede? We wisten wel wat het betekende, maar we voelden het niet, we voelden niets. We kregen nu wel volop eten, en dat deelden we met arme mensen.”
1945-2020, 75 jaar Vrede. Voor Emmy is het een vrede die duur betaald werd door zovele levens. Alles komt weer bij haar boven. “Lichaam, bloed, pijn, verdriet en tranen.”
Vredestulp
Onlangs werd Emmy door schilderes Ella Steenmeijer uitgenodigd een ‘Vredestulp’ te schilderen in De Verbeelding. “Tien 75-plussers en tien kinderen van RSG Levant die schilderen leuk vonden. Ik zat met meiske Tirza aan een tafel. De bedoeling was dat we met elkaar gingen praten over wat vrede voor ons betekende. Tirza was verlegen en ik, ja, wat kon ik aan een meisje van twaalf vertellen? Toen vroeg ik haar hoe zij vrede ervoer. Tirza antwoordde met haar schilderij. Ze zei dat ze op een heuvel zat, naar de tulpen keek met daarvoor een groot water. Ze keek naar de ondergaande zon die nog naschitterde in het water. Had ze dat niet prachtig verwoord? Vrede in de natuur, wat een puur kind! Ja, daar heb ik echt van geleerd.”
Vrede, vreugde en vrijheid, wie wil dat niet? Toch liggen ze volgens Emmy in ieders bereik, als je er tenminste klaar voor bent. “Dat wil zeggen, als je wakker bent geworden. Als je naar binnen kijkt in jezelf. De gegevens zijn aanwezig. Daar mag je mee aan de gang. Hoe je dat doet? Met jouw innerlijke gereedschappen. Het allerbelangrijkste is de liefde, dat ben je zelf. Omdat je uit en door de liefde ‘er bent’. Hopen op en geloven in dat het goed komt. Liefde ontmoet liefde in alles. Geef een glimlach en het komt bij je terug. Vrede in en mét jezelf. Zelfs vrede met je onvrede.”


