ZEEWOLDE - Al lange tijd hoopte Landschapsbeheer Flevoland dat een boommarter zou opduiken in het Gronddepot in Zeewolde. En nu is dat ook gelukt, dankzij een wildcamera in een particuliere tuin is dit schuwe dier betrapt.
“Wie een boommarter ziet, heeft geluk”, vertelt Lodewijk van Kemenade, medewerker van Landschapsbeheer. “Dat is niet voor iedereen weggelegd, hoewel deze schuwe bosbewoner inmiddels in alle grote bosgebieden in Flevoland voorkomt. Hoe leuk is het dan dat hij ook het Gronddepot heeft gevonden, wat toch eigenlijk maar een klein stukje bos is. Dat is bijzonder.”
De boommarter is voornamelijk in de schemering of 's nachts actief. In de zomer laten ze zich ook wel overdag zien. Meestal is dat een moeder met haar jongen. Ze zijn zeer behendig en klimmen lenig in bomen. Ze kunnen van boom naar boom tot wel vier meter ver springen. In hun woongebied hebben boommarters meerdere holen. Ze gebruiken meestal een holle boom of een verlaten nest zoals een duiven- of kraaiennest. Ook maken ze gebruik van grote nestkasten.
Vorig jaar heeft Landschapsbeheer ook wildcamera’s ingezet in de tuinen van bewoners van Zeewolde om te kijken wat er zoal ’s nachts rondsluipt. In andere gemeenten in Flevoland kwamen met dit onderzoek ook wel boommarters in beeld, maar in Zeewolde eigenlijk alleen maar egels en vossen. De beelden in het Gronddepot tonen nu aan dat de boommarter ook in Zeewolde voorkomt.
“Het is een bevestiging dat voor het werk dat we hier samen met vrijwilligers doen. Het oude Gronddepot is een stukje stadsnatuur met echte natuurwaarde. In het grootste deel van het gronddepot mag de natuur haar gang gaan. Door dit kleinschalige beheer houdt het gebied een afwisseling van bosschages en open plekken”, legt Lodewijk uit. “Zo wordt het een plek waar dieren en (bijzondere) planten zich thuis voelen. Natuurlijk allerlei vogels, af en toe een vos, dwergmuizen en nu dus ook een boommarter” besluit hij enthousiast. “Terwijl ook de bewoners dit stukje natuur aan de rand van Zeewolde weten te vinden, er wordt veel gewandeld en gespeeld.”
